Sooooo where were we! Ok, het regenwoud! Wat een prachtige natuur hier toch in Australie. Het regende, heel toepasselijk, pijpenstelen, maar dat deed niets af aan de oeroude bomen en planten in het woud.  900 jaar oude bomen, varens en palmbomen in alle vormen en maten, parasietplanten die op 300 jaar tijd een gigantische boom wurgen en er een omhulseltje rond vormen, wilde wallabies en kalkoenen, en… bloedzuigers! Het wemelt er daar echt van. Eentje over het hoofd gezien, en die moet de tijd van zijn leven gehad hebben. Zo’n beesten kunnen blijkbaar tot 12 maanden zonder voedsel, dus hij zal de hemel geprezen hebben dat hij die dag mijn sappige kuit tegen het lijf liep. Echt zoooo dik dat die was toen ik hem onder de douche ontdekte en hem van mijn been wriemelde!

De twee volgende dagen kampeerden we in de brousse, of liever in de bush. In de talloze nationale parken hier kan je voor een klein bedrag overnachten (zonder facilities ofzo, gewoon ind e vrije natuur), en wij installeerden ons bij Red Cliff, want dat klonk leuk. We waren op enkele andere mensen helemaal alleen en wandelden even langs de -inderdaad roestbruine of rode- klif..toen daar ineens twee kangoeroes uit de bosjes kwamen gehuppeld! Want we wisten dat toen nog niet, maar de streek rond Red Cliff is een waar paradijs voor kangoeroes. Die avond die gaan kangoeroespotten en het heeft ons geen minuut gespeten. Tientallen kangoeroes, mannetjes en vrouwtjes, kleintjes en mammies met babies in hun buidel, graasden vrolijk op de exotische heide achter de klif. Wat een zicht! We konden er zelfs vrij dicht bij komen, op een bepaald moment zat ik bij ondergaande zon, met de oceaan langs 1 kant, in een weide temidden van de hopsende kangoeroetjes. Veel Australischer wordt het niet, denk ik. Die nacht werden we ook getrakteerd op een prachtige sterrenhemel die als een kaasstolp over het landschap stond. Nergens gebouwen, geen hoge bomen, niets stond die gigantiasche hemel in de weg, geweldig indrukwekkend. Die nacht in onze van spaghetti gemaakt (wat toch een uitdaging is met maar 1 pan), aangevallen geweest door monsterkrekels fron hell, naar de sterren liggen staren,  (2 elkaar passerende satellieten gezien!), naar de kangoeroes gekeken, in het donker blad-steen-schaar gespeeld (its all about thrust!)… kamperen is leuuuuuk!
En dan wakker worden van de warmte (want de voorbij 2 weken hebben we zeer onstereotiep slecht weer gehad), een duik nemen in de oceaan met onze boogieboards (en whiiiii!) terwijl de kangoeroes ons vanop het strand staan te begluren. Beter dan dat wordt het niet, hoewel ik natuurlijk stiekem hoop van wel. Daarvoor ben ik naar Australie gekomen, voor die prachtige en eindeloze natuur!

Onderweg gepasseerd in Coffs Harbour, waar de grote attractie The Big Banana is. In de jaren 60 moest de lokale bananenteelt daar nieuw leven ingeblazen worden, en om reclame te maken vonden ze er niets beters op dan een giantische betonnen banaan te bouwen en die aan de snelweg te plaatsen. De Big Banana werd een groot succes en kreeg al snel navolging. Zo kan je doorheen Australie oa een Big Prawn vinden, een Big Mango, hoe absurder hoe liever, zo blijkt. De Banana was…euhm, groot, en er is een soort pretpark omheen gebouwd met een banaanshow en een banaanrodelbaan (uhu) maar helaas was het souvenirwinkeltje gesloten en kon ik geen Big Bananamok en -handdoek kopen!!! *veelbetekenende stilte* Misschien maar best dat het souvenirwinkeltje gesloten was, mm.

Nu zijn we beland in Byron Bay, een zelfverklaard hippiemekka ten zuiden van Brisbane. Ik vind het zelf nogal een opgeklopt sfeertje, nogal fake-kijk-eens-hoe-alternatief-wij-zijn maar eigenlijk heel commercieel. Nu, de stranden zijn hier wel fantastisch; witte stranden met azuurkleurig water, kleine afgelegen baaitjes en vandaag hebben we vanop de rotsen een groepje spelende dolfijnen in het water gespot EN een zeeschildpad!! Dat belooft voor morgen, want dan gaan we snorkelen! Op dagen tijd bloedzuigers, rare vogels, dolfijnen en kangoeroes spotten, kijk, dat vind ik plezant.

Enne, wie leest er eigenlijk allemaal mee? Laat eens iets horen 🙂