– Ma jong, zoveel kijk ik niet naar de voetbal!
– Euh jawel. Zondag Stadion, maandag Extratime, en dan nog naar minstens één match per week.
– Ahja ma Stadion en Extratime, da’s geen voetbal hé, da’s dùiding!
– …

Behold, een discussie die om de zoveel tijd gevoerd wordt ten huize Vree Ver Weg. Meestal als ik naar een wijvenfilm wil kijken terwijl er eigenlijk voetbal op TV is.
Vandaag vind ik die mannetjes op mijn scherm niet erg, want onze Buffalo’s spelen tegen Valencia, mijn ploeg-voor-een-jaar toen ik daar op Erasmus was.
Brings back memories, absurd eigenlijk dat dat al 9 jaar geleden is!

Rooftop football

Ik woonde recht tegenover het Mestalla-stadion (zeg niet ‘kot’ maar ‘piso compartido’) met mijn drie huisgenoten van internationaal pluimage. Vanuit mijn slaapkamerraam keek ik recht op het stadion. Vanop het dak van ons 12 verdiepen tellende appartementsgebouw konden we zelfs de rechterhelft van het veld zien. Ik heb véél avonden doorgebracht op dat dak, met een BBQ en een hoop andere Erasmusstudenten, hopend dat de spelers in de voor ons zichtbare goal zouden scoren.

[#valgnt: 1-0 momenteel. Ik ben dus eigenlijk maar met een half oog aan het kijken. Te gecharmeerd door het bekende stadion, door de beelden van Valencia-centrum in het journaal. Daar zou ik wel willen bijzijn, en meescanderen van “Loooloololooooo, c’eeeest Buffalo”. ]

Geen geld voor een ticket, maar sfeer is gratis

Al om 10u ’s ochtends werd de straat aan het stadion deels afgezet. Nu is dat geen klein steegje, maar een grote avenue, dus dat zorgde voor de nodige verkeershinder. Ook van ’t ochtends vroeg verrezen eindeloze rijen tafels en kraampjes langs het trottoir. Kraampjes om Valencia-parafernalia te verkopen (in mijn bezit: een sjaal, vlag én pin :p), tafels om in de namiddag grote schalen paëlla aan te serveren. Zo cliché, en zo leuk. Niet dat wij uitgenodigd waren natuurlijk, dat was iets voor de fallas (soort wijkclubs).

Als het niet op het dak te doen was, gingen we tegen match time naar beneden om de wedstrijd te volgen op de kleine TV’tjes die supporters en masse meehadden. Terrassen van omringende cafés stroomden over tot in de straten, en bij elke goal leek de hele stad te ontploffen. In Valencia gaat dat gepaard met een shitload aan bommekes. Lawaai, mannekes, lawaai!

[Ow jong, 1-1. Buffalo’s go wild!!]

Supporteren in het Mestalla-stadion

Een paar keer plunderden we ons studentenbudget om de sfeer van dichtbij mee te maken. Want zeg nu zelf, je kan toch geen heel jaar uitkijken op Mestalla en niet in het stadion geweest zijn. Tickets voor het uit-blok waren doorgaans een stuk goedkoper, dus konden we onze geel-roodgestreepte Valencia-uitrusting al thuislaten, wilden we niet eindigen als hooligan-meat. Na de match moesten we zelfs een half uur blijven zitten, waarna de voetbalpolitie (? bestaat dat?) ons naar buiten ëscorteerde. 😀

Wereldkampioenschap vrij dubbelparkeren

Op match days (maar niet alleen dan) deed zich ook een typisch Spaans fenomeen voor: vrij dubbelparkeren. Vind je geen parkeerplaatsje meer? Geen nood! Parkeer gewoon dubbel, zonder de handrem aan te trekken. Als je klemgereden buur zijn auto nodig heeft, duwt die de jouwe gewoon een eindje verder. Niemand die dat raar vindt, in VLC.

[Ah crap, 2-1. Maar eerlijk, van mij mogen die van Valencia ook wel winnen (dat zal ik maar niet te luid zeggen zeker?
Amunt Valencia!]

PS: In 2006 waren de digitale camera’s duidelijk nog serieus crappy. Dat heeft ook zijn charmes 🙂

Wat denken jullie, vertel ik soms nog iets over mijn jaar in Valencia? Of is dat al te lang geleden?